Wekelijks rij ik van Tilburg naar Vaals om mijn oude moeder te bezoeken. Dat zijn 150 kilometer heen en 150 kilometer terug. Tijdens mijn ritten vond, godzijdank, niet één zwaar verkeersongeval plaats. Deels is dat, uiteraard, een kwestie van dom geluk. Vorig jaar vielen in het Nederlandse verkeer immers 684 doden en meer dan 8000 zwaargewonden.
Wereldwijd sterven dit jaar zo’n 1,2 miljoen mensen in het verkeer. Dat zijn er ongeveer evenveel als in 1994. En dat is slecht nieuws. Want de internationale gemeenschap sprak in 2015 af dat voor 2020 het aantal verkeersdoden zou zijn gehalveerd. Daar kwam dus niets van terecht.
Nu zeggen aantallen verkeersdoden niet alles. Interessanter wordt het om ze, bijvoorbeeld, te verrekenen met het aantal auto’s op de weg. Wereldwijd reden in 1994 zo’n 500 miljoen auto’s rond. Vandaag zijn dat er rond de 1,5 miljard. Bij een gelijkblijvend aantal verkeersdoden is de kans dat je als verkeersdeelnemer het loodje legt dus met twee-derde gedaald. En dan vergeten we nog dat al die auto’s tegenwoordig veel meer kilometers afleggen en dat de werelbevolking met 2,4 miljard mensen toenam. Zou je ook deze gegevens het met aantal verkeersdoden verrekenen, dan is de daling nog veel groter.
Deze daling zou ons niet moeten verrassen. Sinds de jaren ’70 investeren we, wereldwijd, enorm in verkeersveiligheid. In rijlessen en verkeersexamens. In de verplichting om autogordels te gebruiken en geen alcohol te drinken. In airbags, anti-whiplashhoofdsteunen antiblokkeersystemen en kreukzones; in vrij liggende fietspaden, betere wegen en goede bewegwijzering,
In hoog tempo komt bovendien nieuwe technologie op de markt: elektronische stabiliteitscontrole (ESC) om de auto stabiel te houden, Rijstrookassistentie om te voorkomen dat we onbedoeld op een afwijkende rijbaan terecht komen, dodehoekdetectie om objecten naast de auto te signaleren en autonome noodremsysteem om zelfstandig te remmen bij gevaar.
Ook in Nederland kwamen ooit veel meer mensen om het leven in het verkeer, terwijl er veel minder auto’s waren. Zo stierven In 1970 maar liefst 3300 mensen in het verkeer, waarna het aantal verkeersdoden dus daalde tot 684 vorig jaar. Bovendien steeg het aantal auto’s sinds 1970 met zo’n 400 procent. Wanneer je beiden met elkaar verrekent, dan daalde de kans dat je nu sterft in een auto-ongeval al met 95 procent.
Ja, ook 684 verkeersdoden zijn er 684 te veel. Maar de kans dat ik een ritje Tilburg-Vaals-Tilburg overleef, is fors toegenomen. En dat is vooruitgang.
Meedenken over de vooruitgang? Doe mee aan een van onze abdijsessies. Er zijn er weer twee in november. Zie https://www.curicos.nl/abdijsessies/