We hebben problemen. Maar noem niet alles crisis

Van stikstofcrisis tot woningcrisis, we worden overspoeld door crises, zo lijkt het. Maar de meeste crises zijn kwesties en uitdagingen. Wie alles crisis noemt, gaat op zijn handen zitten en ondermijnt de democratie.

Ralf Bodelier. Algemeen Dagblad 16 juli 2022

In ons mooie land heersen een klimaatcrisis, een biodiversiteitscrisis, een coronacrisis, een toeslagencrisis, een woningmarktcrisis, een energiecrisis, een vluchtelingencrisis, een personeelscrisis, een zorgcrisis en een kinderopvangcrisis… Het Radio1-programma Stand.nl had vorige week al de stelling: ‘Met de huidige crises kan de politiek niet met reces’.

Veel Nederlanders worden er naargeestig van. En ze verliezen het vertrouwen in de politiek. ​​​Politici veroorza​ken​ immers crises of krijg​en er​geen vat op. Minder dan drie op de tien Nederlanders hebben nog vertrouwen in wie ons besturen, zo meldt het CBS. Wordt het geen tijd voor een stevige rechtse leider die orde op zaken stelt? Zijn onze politici niet veel te zwak om dit land fatsoenlijk te besturen?

Nee, dat zijn ze niet. Ook kan het kabinet gewoon met reces. Dat we ons vertrouwen in de politiek verliezen, is juist een gevolg van ons denken in crisis. Wanneer we alle moeilijkheden, opgaven en uitdagingen als crisis omschrijven, dan moeten we onze politici wel zien als zwak en machteloos. Dan groeit ons verlangen naar autoritaire types. Wie eerder denkt in ‘vraagstukken’, ‘kwesties’ of ‘problemen’ heeft veel meer vertrouwen in het vermogen van ​gematigde ​politici om deze op te lossen.

​De meeste crises zijn dan ook geen crises. Zo hebben we in Nederland geen klimaatcrisis. Niemand wordt ziek door een veranderend klimaat, laat staan dat hij of zij eraan sterft. Ook hebben we geen vluchteling​en​crisis. Het aantal asielaanvragen is lager dan in jaren ’90. En véél lager dan in het vluchtelingenjaar 2015. Alleen de vluchtelingen zelf zijn in crisis. En nee, er is ook geen stikstofcrisis. De neerslag van stikstof daalt al jaren, ook al moet hij nog verder omlaag. Ja, sommige boeren zullen moeten stoppen. En voor hen is dat zuur. Al is hun compensatie zo ruimhartig dat ze als miljonair richting pensioen kunnen.

Voor werkelijke crises moeten we nog steeds ver over de grens. Naar het door oorlog getroffen Oekraïne of Ethiopië. En naar de allerarmsten in Congo of Afghanistan. Jaarlijks sterven daar 400 duizend mensen aan malaria, gaan 1,4 miljoen dood aan tuberculose en overlijden 6 miljoen kinderen omdat ze te arm zijn om te leven.

Ik besef dat het al te gemakkelijk is om onze problemen te bagatelliseren met een verwijzing naar verre ellende. Maar wij moeten weer leren om onze problemen in perspectief te zien. Wie elk probleem betitelt als crisis, wil ons vooral alarmeren en hoopt dat we dan overeind komen om die crisis te bestrijden. Maar dat is niet wat gebeurt. Wanhopig keren we ons van de concrete problemen af. Wanneer we al niet overwegen te stemmen op autoritaire figuren die deze problemen zeker niet op zullen lossen.