Waaraan sterven we eigenlijk? Zou je de kranten en de journaals geloven, dan is dat aan moord, terrorisme, oorlog en klimaat. Daaraan worden immers de meeste woorden gewijd. Maar de nieuwsmedia gaan over de uitzonderingen, niet over de regel.
Meer dan de helft van de wereldbevolking sterft aan hart & vaatziekten (33 procent) gevolgd door kanker (18 procent). Het grootste deel van deze mensen sterft in bed. Dat doet ze doorgaans omringd door familie, op een alsmaar hogere leeftijd en met steeds betere pijnbestrijding.
Vervolgens worden de percentages snel kleiner: 7 procent verlaat het leven door luchtweginfecties, 4,5 procent door aandoeningen aan de maag-, lever- of darm, 4,4 procent aan longontsteking, 4 procent door neurologische ziektes als alzheimer of Parkinson en 2,3 procent aan verkeersongevallen.
Moord (0,7 procent), oorlog (0,2 procent) en terrorisme (0,05 procent) bungelen helemaal onderaan. Het zijn cijfers van ‘Our World in Data’, de onvolprezen database uit Oxford, opgezet door de Duitse econoom Max Roser.
Over sterfte door klimaat heeft Our World in Data het niet. De percentages liggen veel te laag om te worden meegenomen. Elders geven ze wel percentages rond sterfte door natuurrampen, waaronder klimaatgerelateerde rampen. Stierf in 1900 nog 0,8 procent van de wereldbevolking aan natuurrampen, nu is het nog maar 0,008. Dat is niet alleen verwaarloosbaar weinig, Vergeleken met 1900 is het ook een daling van 99 procent. Hoe graag zouden we daarover eens iets lezen in de media.
Interesse in deze nuchtere benadering van de wereld waarin we leven? Overweeg dit najaar een abdijsessie ‘Het gaat beter met de wereld dan je denkt’.